De 18e eeuw is de eeuw van de Verlichting. De wetenschappelijke kennis neemt verder toe. Rond 1760 doen een aantal Franse filosofen een poging om alle beschikbare wetenschappelijke kennis van dat moment te bundelen. Dat wordt de Encyclopedie. In deze boekenserie wordt ook de zoethoutplant opgenomen,

Calabrië, Bamberg en Pontefract

In deze eeuw komt in het zuiden van Italië (Calabrie) de kleinschalige industriele ontwikkeling van drop op gang. Een van de producten is Amerelli. Zij koken de wortels, en koken daarna de drap net zo lang tot er een keihard blok zwarte drop overblijft. Dat heet 'succus liquiritae'. Dit blok wordt ingepakt in laurierbladeren en daarna geëxporteerd naar steden in Europa. Calabrië is niet het enige gebied waar dit productieproces op gang komt. In Pontefract en Bamberg gebeurt het ook. 

Apothekers maken hier dan weer kleine pilletjes of drankjes van.  Ze mengen de succus soms met Arabische gom en suiker om de smaak te verbeteren. Het zijn dus nog steeds medicijnen, maar het neigt al een beetje naar een lekkernij. 

Zachte dropjes

In Pontefract wordt nog een andere ontwikkeling ingezet. Daar wordt de succus ook gemengd met meel en suiker. Er ontstaat zo een zacht dropje.